Wat een feest, wat een feest.
De Babbelaars waren al moe toen ze binnen kwamen, ze waren met de fiets(zeiden ze).
Dus veel adem om te babbelen hadden ze niet.
Er werd dus erg geconcentreerd gegooid met af en toe een zucht en een vloek.Maar verder is er op deze avond niets aan te merken.
Oh ja wij hebben een keer gewonnen